Ze is bijna veertien, ze zit in twee havo en ze fietste tot voor Corona elke dag met blote enkels naar school, ook als het vroor.
In de afgelopen maanden zag ik haar veranderen. Alles aan haar lijf wordt lang en slungelig, zelfs haar haar. Er verdwijnen regelmatig kledingstukken uit mijn kast. Ze vraagt keurig of ze een trui of schoenen mag lenen. Ik ben benieuwd hoe lang de beleefdheid standhoudt en ik ben blij dat ze me nog nodig heeft. ‘Kun jij topjes halen mam? Ik krijg borsten maar ik kan natuurlijk niet zelf naar de Hema voor dit soort dingen, dat is echt raar, dan kijkt iedereen.’
In de voorjaarsvakantie wil ze logeren, bij haar vriendin Hansje in Oegstgeest en bij oma Klaasje in Leiderdorp. ‘Ik regel het zelf hoor mam, dan ga ik met de trein. Kun jij me dan wegbrengen naar het station?’
Er gaat een tas mee die zo groot is dat Lina er in zou kunnen zitten. Ik vraag hoelang ze daar blijft en of ze wel terugkomt. ‘Ja hoor mam, ik ga maar twee nachtjes.’ Om het volume van de tas te halveren stelt ze voor om haar knuffelhond te gebruiken als kussen. Het is behoorlijk fris buiten en als we op het perron staan te bibberen slaat ze het lange pluchen beest losjes als een sjaal om haar nek. Mensen kijken naar haar en glimlachen vervolgens naar mij, precies op het moment dat zij het niet ziet. Ik lach blozend terug en voel trots dat dit zelfstandige mens mijn dochter is.
De eerste treinreis alleen. Het gaat goed. Natuurlijk gaat het goed. Ze is al zo groot, vindt ze zelf. Ik haal opgelucht adem als ik het berichtje ontvang dat ze veilig is aangekomen.
Als er een paar weken later een schoolfeest is bedenkt ze dat ze heus om elf uur ’s avonds alleen naar huis kan fietsen. ‘Alleen, op je fiets, door het Beatrixpark, OM ELF UUR ‘S AVONDS! Ik dacht het niet!’ We praten erover, schreeuwen als we elkaar niet meer begrijpen en zeggen sorry als we vinden dat we te ver zijn gegaan.
Nu zitten we al twee maanden thuis. Er is geen ruzie over afspraken. Juul zit braaf op haar kamer en doet nagenoeg alles digitaal. Ze haalt brood als ik het vraag en heeft zelf voorgesteld om haar eigen was op te vouwen.
Ik vraag hoe ze haar toekomst ziet, ik ben benieuwd hoe ze daar in deze tijd tegenaan kijkt. ‘Mam daar hoef ik nu nog niet over na te denken. Weet ik veel wat ik met mijn leven ga doen? Dat weet je toch niet als je dertien bent. Ik ben blij als ik naar drie havo mag.’ Ik zeg niks. Toen ik die leeftijd had werkte ik in een snackbar en spaarde ik mijn uitzet bij elkaar omdat ik zo snel mogelijk uit huis wilde. Zij gaat vast haar eigen weg wel vinden.
Dat blijkt als ze een paar dagen later ’s avonds bij me op bed komt zitten. ‘Ik heb het met Marleen (haar beste vriendin) besproken. We hebben een plan. Als we zestien zijn gaan we twee weken naar Griekenland of naar Spanje om te surfen. En als we achttien zijn gaan we een half jaar reizen. Dat heeft papa toch ook gedaan vroeger?’ Ja, dat heeft je vader ook gedaan vroeger. Hoe ga je dat betalen dan? ‘Dat betaal jij toch?! Jij wilt toch dat ik iets van mijn leven maak? Haha, grapje mam, ik ga een baan zoeken hoor maar misschien kun je wel een bijdrage doen. En we willen in de zomervakantie op surfkamp, dan kunnen we het alvast leren en kijken of we het echt leuk vinden.’
De plotselinge wending in de visie van Julia op haar leven maakt indruk op me. Ondanks alle maatregelen en beperkingen die er nu zijn met de intelligente lockdown heeft ze hoop en ziet ze kansen om er iets van te gaan maken. Vorig jaar waren we op vakantie in Bretagne. Misschien dat de ruige golven van de Bretonse zee haar betoverd hebben en dat zo haar wens om te leren surfen is ontstaan. Maar het kan net zo goed een serie op Netflix zijn geweest.
En dan belt Anton. Of ik gehoord heb van de surfers die zijn omgekomen in Scheveningen. Overrompeld door de onstuimige weersomstandigheden. Harde wind, meters hoog schuim, verraderlijke stroming. Twee van de vijf mannen waren vrienden van Anton. Ik val even stil, weet niet goed wat ik moet zeggen. Ik luister naar Anton’s verdriet en het raakt me. We praten over het leven en hoe snel het voorbij kan zijn. We spreken uit dat we allebei nog niet dood mogen gaan maar als we gaan dan kunnen we in ieder geval terugkijken op een mooi leven waarin we geleefd hebben en waarin we ons hart hebben gevolgd. Geen spijt? Nee, geen spijt.
Dit heeft klaarblijkelijk niets en echt niets met Julia’s plannen te maken maar door het surf-onderwerp houdt het me toch iets langer bezig dan ik wil. Ze groeit en gaat haar eigen weg en dat is precies de bedoeling maar op dit soort momenten ben ik blij dat ik haar vast kan houden en dat ze nog even dicht bij me is.
Reacties
Eén reactie op “De plannen van de puber”
Die Juul! Toppertje! En wat liefdevol beschreven, Juul boft met zo’n moeder (en vader)! Ze komt er wel. Ik kan me nog heel goed herinneren dat ik 14 was en verkering kreeg met Hans ? (intussen was ik toen 14,5 ?). Ben zo benieuwd wat ze gaat doen. Bart was overigens 21 toen hij alleen op stap ging ?.
Dikke kus voor jullie en onze prachtige klendochters. ?